Wat nog geen twee weken geleden begon als een oefening in het upgraden van GitHub - revspace/decennium-kicad: hoera10jaar badge kicad design naar Kicad 7 en alle DRC/ERC fouten oplossen eindigde in een zo goed als complete redesign. Toen maar de pcb besteld en hedenavond in elkaar gezet.
De esp32 is vervangen door een esp8266 wemos d1 mini. De RG-leds in matrix opstelling zijn vervangen door SK6812 RGB neopixels. De SK6812 leds zijn reverse mount, dat wil zeggen dat ze aan de achterkant van de PCB zijn gemonteerd en door de PCB heen kijken naar de voorkant.
Resultaat is mijn eigen space state overzicht voor thuis.
Tip voor de volgende iteratie: Volgens mij kun je prima door PCB materiaal heen schijnen. En anders kun je door bv piepkleine gaatjes te boren alsnog het licht doorlaten. Dan zijn je reverse-mount leds NOG leuker
Welk partnummer hebben deze leds en zitten ze in de assembly van JLC? Of heb je reguliere SK6812 leds zelf gewoon ondersteboven er in gesoldeerd?
Een esp32 is veel krachtiger dan nodig om die paar ledjes aan te sturen. Een esp8266 is meer dan snel genoeg.
Als ik heb goed onthouden heb was er voor een esp32 gekozen voor de originele Decennium - RevSpace omdat die gerecycled konden worden van een ander project.
Als ik het me goed herinner waren de ESP32’s gesponsord door Espressif zelf. Voor het aansturen van de ledjes was de 2e core van de ESP32 heel erg nuttig, omdat we voor gemultiplexte matrix hadden gekozen. Als er niet een dedicated core was voor het snel genoeg laten knipperen van de ledjes om de illusie van een continu brandend lichtje in stand te houden, zou je alle vertraging van het afhandelen van netwerkverkeer terugzien als irritante flikkeringen.
Omdat je in je remix hebt gekozen voor adresseerbare ledjes met hun eigen PWM IC’s erin, heb je daar geen last van, en kun je inderdaad met een simpelere MCU werken. Maar als je die PWM-controllers meetelt heb je eigenlijk stiekem 15 cores
(We hadden overigens geen adresseerbare ledjes gekozen omdat die altijd RGB zijn, en ik graag met rood/groen/geel een herkenbaar uiterlijk wilde zonder dat blauw een betekenis zou gaan krijgen of dat het het duizendste regenboogdisplay zou worden. En de namen van de spaces stonden op de achterkant, met in de MQTT-communicatie de plaatsnamen in plaats van spacenamen, om flexibeler te kunnen zijn als nieuwe spaces dode spaces vervangen, al is dat vooralsnog niet nodig geweest.)